Beste leraar, we kunnen je niet missen…

Schrijver en journalist Olaf Tempelman (Roemeense lente, 2007; Omweg naar Istanbul, 2013) brengt in De Volkskrant een fraaie ode aan de leraar, voor hem ‘een mensensoort die in alle tijden en cultuurgebieden herkenbaar blijft.’
Volgens Tempelman verstaan alleen echte leraren de kunst ‘van het immer geduldig uitleggen en het begripvol corrigeren.’ Hij vindt leraren ‘een beroepsgroep met een sterk altruïstische inslag.’ Bovendien oefenen leraren vaak hun vak uit met liefde.
Echte Leraren (de hoofdletters zijn van Tempelman) openen werelden voor ons en zijn ‘wandelende doorgeefluiken van kennis – velen zouden hun vak ook uitoefenen als ze er nog slechter voor betaald kregen’. En: ‘De docent maakt het verschil tussen een kind dat niet meer naar school wil en een kind dat school heimelijk of zelfs openlijk leuk vindt.’
Olaf Tempelman weet dat veel Nederlandse leraren je kunnen vertellen ‘dat de bedreiging voor het onderwijs van nu bestaat uit het teveel aan invloed van mensen in bestuursorganen, commissies en stuurgroepen die zelf nooit voor de klas hebben gestaan. Doorgaans verdienen die mensen stukken meer dan docenten, maar zijn ze zich stukken minder bewust van wat onderwijs is of zou moeten zijn.’
Hij vindt het ‘geen wonder’ dat Nederlandse scholen en docenten massaal weigeren mee te werken aan het lerarenregister. ‘In de optiek van de bedenkers kan dat lerarenregister ons in één oogopslag inzicht verschaffen in de diverse kwaliteiten van de leraren op diverse scholen. De achterliggende gedachte is dat onderwijskwaliteit zich even makkelijk laat meten als het kookpunt van water.’Tempelman noemt het ‘een typisch product van maakbaarheidsdenken én gebrek aan vertrouwen in de ­expertise van de beroepsgroep zelf.’
‘Dat er ondanks duizend onderwijsvernieuwingen, commissies, managers, stuurgroepen, lerarenregisters en matige salarissen nog altijd zo veel mensen bewust voor dit ambacht kiezen’, aldus Tempelman, ‘mag fungeren als bewijs van het bestaan van ‘de geboren leraar’ en zijn tijdloosheid.’ Hij besluit met: ‘Tijd dus voor een herwaardering van en een eerbetoon aan die geboren leraar.’ Want: ‘aan onze beste docenten danken we veel van wat we in de rest van ons leven bereiken.’

Bron: De Volkskrant (13 april 2018)

Dit bericht werd geplaatst in Onderwijs en opvoeding. Bookmark de permalink .

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.